12-05-2011 — 

Op uitnodiging van SICA en het Turkije Instituut, en mede namens de Gemeente en het Gemeentearchief Schiedam, vond op 27 april een NLTR400-bijeenkomst plaats in de Grote Kerk te Schiedam. De locatie was bijzonder: Cornelis Haga, vanaf 1612 de eerste Hollandse gezant aan het Osmaanse Hof, kwam van oorsprong uit Schiedam en het jaar van zijn aankomst in Constantinopel is ijkpunt voor de viering van 400 jaar betrekkingen. In de Grote Kerk, waar Cornelis Haga en zijn vrouw begraven liggen, wordt het echtpaar Haga met een statig rouwbord herdacht.

wk15_1.jpg

Goede opkomst

Zo’n zeventig personen woonden het gevarieerde programma bij. De bijeenkomst werd geopend door de Schiedamse wethouder van Cultuur Wil Vissers, die alle aanwezigen van harte welkom heette in de stad die historisch nauw verbonden is met de viering van NLTR400. Geeskelien Wolters, speciale vertegenwoordiger van het ministerie van Buitenlandse Zaken voor ‘2012’, gaf vervolgens een beknopte weergave van de stand van zaken van de viering op overheidsniveau.

Letter of Intent

Eind januari 2011 bekrachtigde het kabinet unaniem het voornemen om 400 jaar betrekkingen te vieren. Op 2 februari ondertekenden minister Uri Rosenthal van Buitenlandse Zaken en zijn Turkse collega Ahmet Davutoğlu een zogeheten Letter of Intent, waarin een aantal bilaterale doelstellingen zijn opgenomen. Momenteel wordt op BZ gewerkt aan een plan van aanpak, waarin de beleidskaders, doelstellingen en aandachtsgebieden van de Nederlandse overheid voor de viering worden geformuleerd en afspraken tussen de verschillende betrokken ministeries worden vastgelegd.

Financiën

De financiële middelen voor de viering zijn beperkt. Het uitgangspunt binnen de overheid is dat ieder departement zijn eigen activiteiten financiert. Omdat Turkije voor veel departementen prioriteitsland is, zijn dat soms aanzienlijke bedragen. Voorts zijn er middelen voor organisatie en logistiek en in beperkte mate voor overkoepelende communicatie. In de praktijk blijkt inmiddels dat voor veel goede initiatieven toch financiering kan worden gevonden, ook al zijn de middelen schaars en moet er hard aan worden gewerkt om ze te verwerven. Het is belangrijk om goede ideeën bekend te stellen, ook als er nog geen geld is om ze uit te voeren. Velen proberen te makelen: het Turkije Instituut en de SICA, en ook de Nederlandse Ambassade in Ankara en het Consulaat-Generaal in Istanbul zijn op dat gebied actief.

Waarom is de viering van 400 jaar betrekkingen eigenlijk zo belangrijk voor de rijksoverheid?

Voor Nederland is de positie van Turkije als cruciale schakel tussen Oost en West, verankerd in westerse structuren als de NAVO en Raad van Europa, van groot belang. Daarnaast spelen de economische betrekkingen tussen beide landen en de economische mogelijkheden die Turkije Nederland biedt, een aanzienlijke rol. De verwevenheid van Nederland en Turkije, met name vanwege de 400.000 Nederlanders met Turkse wortels, maar ook op cultureel, economisch en politiek gebied, waardeert Nederland hoog.

‘Zorg dat je project bekend is’, benadrukte ook Cees de Graaff, directeur van SICA, vervolgens. Ook los van de vraag hoe de financiering tot stand komt, is het zinvol om plannen aan te melden bij SICA en/of het Turkije Instituut, aldus De Graaff. Hoe meer bekend is over de verschillende projecten, hoe beter de coördinatoren van NLTR400 kunnen inspelen op de mogelijkheden die er (al wel) zijn en waar nodig en gewenst advies kunnen geven.

Het begin

In een levendige en informatieve lezing lichtte Osmanist Alexander de Groot het historische begin van de Turks-Nederlandse betrekkingen toe. Op uitnodiging van de Verheven Porte (het  Osmaanse hof) arriveerde de Schiedamse jurist  Cornelis Haga in maart 1612 in Constantinopel. Na het in ontvangst nemen van de zogeheten Capitulaties in juli van dat jaar, vertegenwoordigde Haga de Staaten-Generaal van de Republiek der Verenigde Nederlanden maar liefst tot 1639. Een roerige periode voor het thuisland (de Tachtigjarige Oorlog woedde, met een tussenpose van 12 jaar, tot 1648), waarin Haga een diplomatieke weg moest vinden tussen de handelsbelangen van de Republiek en de militaire belangen van zijn gastheer. In Schiedam wordt met medewerking van De Groot gewerkt aan een biografie over Haga, die volgend jaar zomer gepubliceerd wordt.

Culturele verschillen

Na de pauze gaf Lily Sprangers, directeur Turkije Instituut, een workshop culturele verschillen in zakendoen tussen Nederland en Turkije. Opgeluisterd met menige anekdote schetste zij de belangrijkste verschillen (hiërarchie, individualisme versus collectivisme, belang van persoonlijke contacten) tussen de Nederlandse en Turkse zakelijke mores. Na afloop werden de aanwezigen uitgenodigd voor een netwerkborrel, aangeboden door de Gemeente Schiedam.